dinsdag 26 juni 2012

a poem a day LVXX


Kijk mij hier zitten op mijn gat,
toegeknepen, dichtgenaaid
De mond verwrongen, een pruimende grimas
Mijn broek vol bulten
Steken die pijnlijk zweren, die hulpeloos zwieren
Niets ertegen bestand, geen hulp voorhanden
tegen dat uitgeknepen gevoel
dat mij leegzuigt, van achteren naar voren,
of tegendraads
Het kan mij niet schelen. Ik wil niet
dat ik bloed. Lange jaren die nog moeten komen
Waartegen ik mij nooit nog kan verweren
Vliegen zonder gordel en geen dier dat mij ziet
Hier wil ik niet zijn
Noch wil ik hier blijven,
vastgeklonken aan een vrijheid
die niet van mij is
Al zegt hij van wel
om mij te overtuigen van een tegendeel
dat ik nooit geloof


Look at me, sitting on my rump,
squeezed, sutured
The mouth contorted, a pruning grin
My pants full of bumps
Stings that painful discharge, that helpless swing
Nothing opposed, no aid in side
against this squeaky feeling
that sucks me empty, from back to front,
or contrary
It doesn’t bother me. I don’t want
to bleed. Long years which still have to come
Against I never ever can defend myself
Flying without girdle and no beast to see
I don’t want to be here
Nor will I stay,
riveted to a freedom
which is not mine
Even he says so
to convince me of the opposite
that I never believe

Geen opmerkingen:

Een reactie posten