donderdag 11 oktober 2012

WANDERBACH page 142


Tork denies. They seem ancient, without exception covered in leather. The titles are not familiar, seem scientific, what is not the reason that he is not interested, he simply can’t imagine: “Prosperities of the Watership, Basis of Halfloud, Partial Solutions.” He can’t even guess of what they are about.
- ‘Nowadays no-one writes anymore’ Shaah goes on. ‘Not that it’s necessary, because everything what’s worth to know is already written. The inheritance for my daughter; from here she will manage the empire like I did the last thirty years and before me my father…’ Tork interrupts curious.
- ‘Was the empire always managed from this estate?’
- ‘No! Before the Virgins-battle the Lords of Shaah lived in a large house that they called The Court. No-one knows where it was, but it must have been huge. The Lords didn’t work the land themselves. That was done by others who were called Vassals. The Prince, as the landowner was called then, was only occupied with management and of course the art of war. Many of these books are about that. Not that we still need them nowadays. Most of the works stay unread.’
- ‘Don’t you long back for that time?’ The landowner looks up amused.
- ‘Why?’
- ‘More variety?’ Shaah laughs.
- ‘You don’t know much about farmers’ life. More variety does not exist. Every day is different. Plants grow and the farmer grows with them. The art of war on the other hand seems boring to me. I have looked through these old books, but never long; always the same, at least for me. Attack and withdraw in endless variations. No sir, I am glad that I live now to sow and harvest in stead of hundreds of miles on a horseback to attack a neighbor country. I mustn’t even think of it!’ 

Tork ontkent. Ze lijken oeroud, zonder uitzondering in leer gebonden. De titels zeggen hem niets, lijken wetenschappelijk, niet dat ze daarom zijn belangstelling niet hebben, hij kan ze eenvoudig niet plaatsen: “Navorsingen van het Waterschap, de Oorsprong van Halfluid, Gedeeltelijke Oplossingen.” Hij kan zelfs niet naar de inhoud raden.
- ‘Er wordt tegenwoordig niet meer geschreven’ vervolgt Shaah. ‘Niet dat het nodig is, want alles wat het weten waard is staat hier opgetekend. De erfenis voor mijn dochter. Van hieruit zal zij het rijk besturen zoals ik dat de laatste dertig jaar deed en vóór mij mijn vader…’ Tork onderbreekt nieuwsgierig.
- ‘Werd het rijk altijd van hieruit bestuurd?’
- ‘Dat niet. Voor de Maagdenslacht woonden de Heren van Shaah in een grote woning die zij Het Hof noemden. Niemand weet nog waar het was, maar het moet groots zijn geweest. De Heren bewerkten niet zelf het land. Dat deden anderen die Vazallen werden genoemd. De Vorst, zoals de landheer toen heette, hield zich alleen bezig met bestuur en natuurlijk de krijgskunst. Veel van deze boeken gaan daarover. Niet dat we er tegenwoordig nog iets aan hebben. De meeste werken blijven ongelezen.’
- ‘Verlangt u niet terug naar die tijd?’ De landeigenaar kijkt geamuseerd op.
- ‘Waarom?’
- ‘Meer afwisseling?’ Shaah lacht.
- ‘Dan kent u niet veel van het boerenleven. Meer afwisseling bestaat niet. Elke dag is anders. Planten groeien en de boer groeit mee. Krijgskunst lijkt mij juist vervelend. Ik heb wel eens in die oude werken gebladerd, maar nooit lang. Telkens hetzelfde, voor mij toch. Aanvallen en terugtrekken in oneindige variaties. Nee meneer, ik ben blij dat ik nu leef om te zaaien en oogsten in plaats van honderden kilometers op een paardenrug om een buurland aan te vallen. Ik moet er niet aan denken!’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten