maandag 3 december 2012

WANDERBACH page 192


He stands up, knocks the wet sticky mush from his clothes. Birds wisthle, leaves and branches rustle. The forest comes to life and he looks back at the wall of snow. Then he pets the dog. ‘We made it again,’ he murmurs, ‘but I never believe that they leave us alone.’
He searches until he finds a straight branch to use as a stick, which he smoothens using the kitchen knife and sharpens it at both ends. If the Gods have another weather change in mind it won’t help and yet he feels a bit safer with the improvised weapon balancing in his hand.
- ‘We’ll see what will be the next surprise.’ Barg reacts and follows alert.
He isn’t even astounded when sudden a lion appears in front at the path; a giant male that waves its thick manes alarming and stems the passage with its enormous body. The animal stands still quietly and Tork hopes to avoid it through the wood.
Barg ducks low growling. Tork orders the dog besides but as soon as they thrust between the bushes the lion follows, clearly with the order to prevent their passage. If they want to move on they have to pass it. Tork tries, ceases and the lion follows. Barg is aware of the nearing battle, looks shortly at Tork and skulks aside. Low to the ground he goes forward in a surrounding move to attack the lion from the flank. It seems to work and Tork walks straight towards the cat with the stick in both hands.
For a moment it looks as if the lion only pays attention to the man when Barg attacks roaring. Like a loose spring the dog jumps forward, straight at the unprotected flank while Tork storms ahead to penetrate the animal. That fast that he can’t even remember afterwards. 

Hij staat op, klopt het nat plakkende spul van zijn kleren. Vogels fluiten, bladeren en takjes ritselen. Het bos komt tot leven en hij kijkt achterom naar de muur van sneeuw. Dan streelt hij de hond. ‘We hebben het weer overleefd,’ mompelt hij zacht, ‘maar ik geloof nooit dat ze ons met rust laten.’
Hij zoekt tot hij een lange rechte tak vindt om als stok te gebruiken, waar hij met het keukenmes de zijtakjes afhaalt en aan beide uiteinden scherpe punten snijdt. Als de Goden nogmaals een weersverandering in petto hebben heeft hij er weinig aan en toch voelt hij zich wat geruster met het geïmproviseerde wapen balancerend in zijn hand.
- ‘We zullen wel zien wat de volgende verrassing is.’ Barg reageert en volgt waakzaam.
Hij is niet eens verrast wanneer plots een leeuw voor hen op het pad verschijnt. Een reusachtig mannetje dat vervaarlijk de zware manen schudt en met zijn enorme lijf de doorgang verspert. Het dier blijft rustig staan en Tork hoopt het door het bos te kunnen vermijden.
Barg duikt laag grommend inelkaar. Tork gebiedt hem naast zich maar zodra ze tussen de struiken dringen volgt de leeuw, duidelijk met de opdracht hun doorgang te verhinderen. Als ze verder willen zullen ze hem voorbij moeten. Tork probeert het, wijkt en de leeuw volgt. Barg voelt het naderend gevecht, kijkt kort naar Tork en sluipt opzij. Laag tegen de grond gaat hij met een omtrekkende beweging naar voren om de leeuw in de flank aan te vallen. Het lijkt te lukken en Tork loopt recht naar de kat met de stok in beide handen.
Even lijkt het of de leeuw alleen op de man let wanneer Barg grommend aanvalt. Als een losgesprongen veer schiet de hond naar voren, recht naar de onbeschermde flank terwijl Tork vooruit stormt om het dier te doorboren. Zo snel dat hij het zich achteraf niet kan herinneren. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten