maandag 1 mei 2017

Merlijn - wandeling

Bij mijn terugkeer wachtte Merlijn mij op. Hij was nieuwsgierig naar mijn indrukken en stelde voor om samen door de omgeving te wandelen.
“Is dat niet gevaarlijk?” vroeg ik hem waarbij ik aan het vleesetende paardbeest dacht dat de veldwerkers bedreigde.
“Welnee”, lachte Merlijn. “Ben je nu nog niet overtuigd?”
“Waarom hield Adolana dan de wacht?”
“Ceremonie”, schokschouderde de oude. “Denkende wezens kunnen het niet laten bezigheden te verzinnen om hun wakende tijd nuttig te laten lijken. Dat is hier niet anders.”
“Weeffoutjes in de ideale wereld?”
“De ideale wereld bestaat niet! Zo kort als je hier bent voel jij je nu nog toerist. De indrukken zijn nieuw en alles blinkt. Als je langer blijft zul je ook de tekortkomingen zien. Je zult ze irritant gaan vinden en terugverlangen naar je eigen wereld. Dat heet heimwee, een natuurlijk gevoel van verlangen naar wat vertrouwd is.”
“Zou ik hier niet willen blijven?”
“Waarschijnlijk niet. Je zult je aan sommige zaken zelfs gaan ergeren omdat ze niet stroken met jouw natuur…”
“Zoals?”
“Dat is aan jou om uit te vinden”, glimlachte de tovenaar.
We liepen over smalle paden door dieren uitgesleten of door elfen op weg naar hun velden. Brede wegen had ik hier nog nergens gezien en ik vroeg Merlijn ernaar.
“Ze zijn niet nodig. Vervoer op afstand gebeurt door de lucht wat je inmiddels ook zelf hebt ondervonden. Het is even aanpassen en af en toe verongelukt er iemand maar dat is bij mensen en hun verkeer niet anders. Verhoudingsgewijs vallen de meeste slachtoffers tijdens individueel vervoer over de weg. Te veel individuen willen op hetzelfde tijdstip naar hetzelfde punt. Dan vraag je erom.
Wegen in mensenwereld hebben weliswaar voor uitwisseling van gedachten, cultuur en goederen gezorgd maar of dat in principe een verrijking is waag ik te betwijfelen.”
“Vooruitgang?” opperde ik.
“Hm. Versnelde vooruitgang wellicht. Historici menen dat bijvoorbeeld zonder de Zijderoute er allerlei zaken zoals algebra, papier of buskruit niet tot in Europa was geraakt. Dat is onzin natuurlijk. De Europeanen hadden het uiteindelijk in hun eigen tempo ontdekt en waren waarschijnlijk behoedzamer omgesprongen met hun nieuwe verworvenheden met veel minder nadelige gevolgen. Daarvoor zijn twee redenen die je allebei in de belevingswereld van kinderen kunt terugvinden. Geef een kind teveel speeltjes tegelijk en het weet niet meer wat te kiezen. Het gebruikt zijn agressie om het teveel terug te brengen tot aanvaardbare aantallen. Het maakt kapot. Overstelping met nieuwigheden leidt tot verhoogde agressie, maar daarnaast zie je dat wat een kind zelf bedenkt en in elkaar knutselt het dat bedenksel met veel meer aandacht en omzichtigheid behandelt. Het is een product van zijn eigen geest, al zijn anderen hem misschien al talloze malen voorgegaan. Wat je zelf maakt of bedenkt is dierbaarder en je hebt minder de neiging het in te zetten in situaties waarin het het risico loopt dat het kapot gaat. Het telkens opnieuw uitvinden van het wiel is daarom zo slecht nog niet. Het scherpt de eigen vermogens en je bent ook minder geneigd het van de hand te doen. Handel, en daarmee commercie, had een veel minder grote invloed gehad op het menselijk doen en laten. Er waren minder oorlogen uitgevochten, want die volken die gespaard bleven van de grote schommelingen in de geschiedenis waren altijd zij die slecht bereikbaar waren.”
“Ik volg je redenering. Maar elfen zijn, dunkt mij, qua individuele bereikbaarheid sneller dan mensen.”

“Dat klopt, maar hun ingesteldheid is anders. Uiterlijk lijken ze sterk op mensen, behoudens wat kleine verschillen, maar hun cultuur is op heel andere principes gebaseerd die vaak haaks staan op die van de mens. De mens ziet eigenbelang als het belang van het ego, het eigen zelf. Het eigenbelang van de elf is het totaal omdat het niet alleen weet maar terdege beseft dat zonder het totaal van de omgeving waarin het is ontstaan elke levensvorm gedoemd is te verdwijnen. Ze hebben geen baat bij vernietiging omdat vernietiging uiteindelijk leidt naar de vernietiging van jezelf. Dat is wat de mens niet begrijpt, al zijn er steeds meer die het roepen, ze belijden het niet. Zolang je niet zinvol te verwerken afval produceert ben je bezig jezelf langzaam te wurgen, en dat doet iedereen, niemand uitgezonderd, ook al proberen heel weinigen het tot een minimum te beperken. In mindere mate dragen diegenen toch nog altijd bij aan de consumptiedruk waardoor ze vaak voor een voor hen niet waarneembare manier bijdragen aan het inmiddels onoplosbare afvalvraagstuk. In de mensenwereld kun je je daar niet aan onttrekken zolang er geen algehele omslag in het denken plaatsvind en de mens werkelijk begrijpt dat het maar een onderdeel vormt van het totale gegeven dat zijn wereld is.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten